( Overview
/ The Bali Boogie
Vanochtend lieten we ons paradijslijk verblijfje in Lovina voor wat het was en stapten we weer met hernieuwde reislust in Ketuts Suzukibusje. We zouden weer richting het zuiden gaan (jaja, we gaan nogal heen en weer, zeker als je zo het kaartje ziet...) en onderweg pikten we weer twee wonderschone attracties mee.
De eerste: de Gitgit-waterval. Het was nog vroeg toen we er aan kwamen, nog geen 10 uur, dus lekker rustig op het pad er heen. Ketut vertelde ons onderweg van alles over de planten die er stonden en gewassen die er groeiden, over de kruidnagel die er (live) geplukt en gedroogd werd, waardoor het er heerlijk naar glühwein/kruidkoek rook, over de schors en bladeren van de bananenboom en allerlei andere planten die je opgerold, uitgeknepen, of kapot gewreven en gezeefd kunt gebruiken als medicijn. Handig als je als klein jongetje op het afgelegen Balinese platteland werkt en bijvoorbeeld een keer niet goed oplet tijdens het oogsten omdat je snel in het water wil gaan spelen en daarom jezelf bijna de vingers van je hand snijdt met je sikkel. En meer van dat soort boeiende levensverhalen.
Maar goed, de waterval, daar kwamen we ook voor en die kwam na de laatste bocht prachtig tevoorschijn tussen het groen. Het is Bali's hoogste waterval, ongeveer 45 meter en omdat het nog zo vroeg en dus rustig was, was het weer een heel bijzondere ervaring, ook om zo dichtbij te komen. Na dit natuurschoon weer goed in ons op te hebben genomen en er natuurlijk ook de nodige foto's van te hebben gemaakt, beklommen we de terugweg (wéér een trap uiteraard) in het steeds warmer wordende Gitgit.
De eerste: de Gitgit-waterval. Het was nog vroeg toen we er aan kwamen, nog geen 10 uur, dus lekker rustig op het pad er heen. Ketut vertelde ons onderweg van alles over de planten die er stonden en gewassen die er groeiden, over de kruidnagel die er (live) geplukt en gedroogd werd, waardoor het er heerlijk naar glühwein/kruidkoek rook, over de schors en bladeren van de bananenboom en allerlei andere planten die je opgerold, uitgeknepen, of kapot gewreven en gezeefd kunt gebruiken als medicijn. Handig als je als klein jongetje op het afgelegen Balinese platteland werkt en bijvoorbeeld een keer niet goed oplet tijdens het oogsten omdat je snel in het water wil gaan spelen en daarom jezelf bijna de vingers van je hand snijdt met je sikkel. En meer van dat soort boeiende levensverhalen.
Maar goed, de waterval, daar kwamen we ook voor en die kwam na de laatste bocht prachtig tevoorschijn tussen het groen. Het is Bali's hoogste waterval, ongeveer 45 meter en omdat het nog zo vroeg en dus rustig was, was het weer een heel bijzondere ervaring, ook om zo dichtbij te komen. Na dit natuurschoon weer goed in ons op te hebben genomen en er natuurlijk ook de nodige foto's van te hebben gemaakt, beklommen we de terugweg (wéér een trap uiteraard) in het steeds warmer wordende Gitgit.